Haastert, J. van
De verstekvonnissen van de Bredase schepenbank tussen 1626 en 1795
Jaarboek 31 (1978) 87-93
Auteur heeft al eerder aangetoond dat de strafmaat voor delicten als landlopen en vagebonden in Breda niet al te hard was. In artikel wordt een studie gemaakt van de capitale delicten (waarop de doodstraf stond), wanneer de delinquent voortvluchtig was. Drie periodes worden met elkaar vergeleken: 1626-1716, 1716-1740, 1750-1795. In de 17e eeuw was de straf meestal onthoofding. In de 18e eeuw meestal eeuwige verbanning.