Lenselink, W.H.
Een derde Hollands burggraafschap? Het kastelein- en schoutschap van Geertruidenberg
Jaarboek 28 (1975) 39-55
Gaat in op de stelling van Enklaar uit 1951 dat er in Geertruidenberg een derde burggraafschap voor Holland was. Volgens Enklaar had deze burggraaf de hoge jurisdictie, een ambtsdistrict en militaire bevoegdheden. Volgens Lenselink moeten we het Geertruidenbergse burggraafschap zien als een combinatie van kastelein en schout Het was een cumulatie van ambten, een personele unie. Het kasteleinschap was aanvankelijk erfelijk, het schoutambt voor het leven.