Pisters, L.G. / Riemsdijk, M.E. van
“Strijdig met de goede zeden”. Zedenmisdrijven in Stad en Land van Breda in de achttiende eeuw
Jaarboek 50 (1997) 44-60
Er wordt ingegaan op een aantal delicten die in de 18e eeuw worden omschreven als ‘misdrijven tegen de zeden’. Aan de hand van een aantal thema’s worden de rol van de dader en de aard en toedracht van het misdrijf belicht. Centraal in dit criminaliteitsonderzoek staat het verkrijgen van inzicht in het dagelijks leven. Hoofdstukken: Reglementering van het huwelijk. De delictcijfers. Huwelijksbeletselen. Ongewenste zwangerschappen. Buitenechtelijke seksualiteit. Prostitutie als ‘noodzakelijk kwaad’.
In de praktijk werden misdrijven tegen de zeden niet actief door de overheid opgespoord. De geboorte van een onwettig kind of de arrestatie voor een of ander ander delict brachten bij toeval het misdrijf voor de schepenbank. De corrigerende functie bestond uit strenge straffen in de vorm van boetes, verbanning en tuchthuis.